Dagboek van een ex-topsporter!

 

9. Come – Back!

 

Come-Back, baby come-back…….het zou het liedje van The Equals kunnen zijn, of voor de kinderen onder ons, van K3 want ook zij hebben zich bezondigd aan het kwelen van die tekst. Maar helaas pindakaas het is de vraag die me de laatste dagen meer wordt gesteld: “Marc, ben je aan het werken aan een come-back?”

Toevalligerwijs heb ik er de laatste maanden weer wat schik in, in dat lopen. Maar ook in het leven an-sich. Ik ben voor een stukje bevrijd van het neurotisch vasthouden aan gewoonten, tics en schema’s zonder dat ik mijn structuur helemaal verlies.

Je kan het zo een beetje zien als Joan Of Arc die bij klare hemel een donderslag hoorde en een bliksemschicht zag en daarbij plots een andere wending in haar leven nam. Weliswaar had ze op het einde van het verhaal een ferme burn-out.

Drie uur en acht minuten was de eindtijd die ik begin november op een natte zondagmorgen  liet afdrukken op de baan (piste) in Deventer. Voor de mindere rekenwonders onder ons, dat zijn 125 rondjes van 400m draaien tegen 16km per uur, gemeten en vastgelegd door een championchip en mijn polarhorloge dat aangaf dat ik gedurende die dikke drie uur een gemiddelde hartslag van 158 had.  In het wereldje van het ultralopen was dat verbazingwekkend dat ik dat weer even op de mat gooide.

Het was ruim tien minuten beter dan de 50km die ik 2 maanden daarvoor in Winschoten had afgelegd, terwijl er feitelijk niets aan de training was veranderd. Ik train nog altijd weinig voor mijn doen, doe alles langzamer en beperkt snelheidstrainingen.

Alleen heb ik na Winschoten het licht gezien. Daar heb ik besloten dat ik voor de rest van mijn leven nog zo weinig mogelijk energie wil verspelen aan zaken die ik absoluut niet meer wil doen, of waar ik van vind dat ze niet meer de moeite waard zijn om nog tijd en energie in te steken.

Van alles maak ik nu een kosten- baten –analyse.

“als ik dat zou doen, wat brengt me dat dan op ten opzichte van de energie die ik er in steek……?” Dat is de gedachte, bijna de reflex waar ik de ganse dag mee rondloop. Je kan je natuurlijk afvragen of ik niet te veel energie verspeel door gans de dag zo te moeten denken, maar het wordt een gewoonte, zoals ik zei een reflex. Het geeft me de tijd om te denken over voorstellen die gedaan worden en waar ik vroeger automatisch “ja” op antwoordde en dan later moest gaan zoeken naar een plaats om het in te passen tussen al de andere voorstellen waar ik “ja” op had geantwoord.

Het geeft me een stuk vrijheid, maar ook mentale rust. Het geeft me vooral meer tijd. Niet om meer te trainen, maar om beter te rusten of om dingen te doen die binnen mijn mogelijkheden vallen.  Als ik dan de optelsom maak dan ben ik zowel mentaal als lichamelijk beter uitgerust wat maakt dat ik op 2 maanden tijd sneller loop zonder meer te trainen, alleen door gerichter met mijn energie om te gaan.

Dus mensen: geen come-back. Ik loop gewoon, net zoals vroeger, maar alleen zo snel/langzaam - zoveel/zo weinig als ik wil op de momenten dat ik het wil. En als goed lopen voor jullie een come-back betekent, het zij dan maar zo.

 

 

  

Marc Papanikitas 

 

 

Vorige publicaties :

 

8. Gelul

 

7. Is dit nu het leven

 

6. Vroeger is voorbij

 

5. Lenen bij B is lenen bij een vriend

 

4. The Shadow!

 

3. Wil u even naar onze studio in Amsterdam komen …………

 

2 In mijn hoofd loop ik nog

 

1 Het einde, een nieuw leven

 

Inleiding